donderdag 24 februari 2011

ICT-Monitor 2010 over e-government in Vlaanderen

De studiedienst van de Vlaamse regering publiceerde recent de ICT-monitor 2010, die de stand van zaken in Vlaanderen gelijkt met internationaal beschikbare cijfers (EUROSTAT). In verband met e-government komt de studie tot twee vaststellingen:
· E-government voor bedrijven is in Vlaanderen aan een inhaalbeweging bezig en scoort over het algemeen beter dan het Europese gemiddelde. Online dienstverlening zit overal in de lift, e-procurement is zowat overal in Europa een aandachtspunt.
· E-government voor burgers blijft ondanks een vooruitgang een pijnpunt. Zowel voor het opvragen van informatie, het downloaden van officiële documenten en online formulieren invullen– blijft er nog een achterstand tegenover de EU15 te overbruggen. Tegenover de Europese topper voor het opvragen van informatie (Denemarken) en de Europese topper voor de overige indicatoren (IJsland) is de achterstand zeer groot.
Een andere vraag is natuurlijk hoe relevant en correct dit soort vergelijkende studies zijn. Kloppen de vergelijkingen tussen de landen? Meet men de juiste indicatoren? Geert Mareels, Vlaams e-government manager, wijst er bijvoorbeeld graag op dat het er niet om gaat om zoveel mogelijk online formulieren gepubliceerd te krijgen. Beter is het de dienstverlening door de inzet van IT zo te vereenvoudigen dat die online formulieren overbodig worden. Dwing burgers niet om een via een online formulier gegevens in te vullen waar je als overheid al over beschikt, bijvoorbeeld. Ook Andrea Di Maio plaatste recent enkele interessante vraagtekens bij de EUROSTAT-cijfers.

dinsdag 15 februari 2011

Social Media, de massa - en de elites

Op het moment dat ik dit schrijf zit Vincent van Quickenborne () op het Mobile World Congress in Barcelona en dat zullen we geweten hebben. Een waar twitter-orgasme is het resultaat. In de vooravond sprak Eric Schmidt van Google en we krijgen van Q een spervuur van quotes doorgestuurd. Ik pik er eentje uit omdat ik die zo zeitgeisty, zo "helemaal 2010" vind: 'Future will be future for the masses, not for the elite.' Ik weet natuurlijk niet in welke context Schmidt dit poneerde, dus het is wat riskant, maar ik verbind het toch vooral met een idee, dat je de laatste tijd wel vaker ontmoet: dat de informatie- en communicatietechnologieën "power to the people" zullen brengen en voor de afschaffing van de elites zullen zorgen.
Ik geloof daar niets van.
Het power-to-the-people idee is een idee dat recent met de opstanden in de Arabische wereld nieuwe voeding heeft gekregen:
If there was no social networks, this would never have been sparked. Of nog: Luther twitterde al.
Luther twitterde natuurlijk niet, maar zonder de opkomst van een toen nieuwe technologie (namelijk de boekdrukkunst) was het beëindigen van de middeleeuwen nooit gelukt. Het nieuwe medium zorgde mee voor de opkomst van het protestantisme en de burgerlijke maatschappij. Gaf het ook de macht aan de massa's? Nee, het zorgde voor een nieuwe, kapitalistische elite, die de kerkelijke elite opvolgde en de nieuwe spelregels veel beter beheerste dan de pausen, kardinalen en bisschoppen.
Zo zal het ook gaan met Social Media. De klassieke kennis- en communicatiedino's (universiteiten, kranten,...) doen het terecht in hun broek, want hun voortbestaan wordt bedreigd. Niet door de opkomst van de massa's, maar door de opkomst van nieuwe elites.
En daar is op zich niets mis mee. Er is niets verkeerd aan elites. Een elite is dat groepje van mensen dat ervoor zorgt dat er zo iets als een maatschappij is, terwijl  de rest van ons druk bezig is met kinderen opvoeden, eten op tafel brengen en uitslapen op zondag.
Maar het gaat volgens mij dus niet om een afschaffing van de macht, wel om een verschuiving van de macht.

maandag 14 februari 2011

Obesitas van onze inbox

Ik had het eerder over de beslissing van Atos-Origin om e-mail in te ruilen voor social media-tools. Ik ben blijkbaar niet de enige die vragen had bij de motivatie van de top van het bedrijf. Ook Ingmar Koch kreeg "een raar gevoel" : Maar en dat is wat ik zo raar vind in dit geheel: worden er dan ook minder gegevens geproduceerd? Wordt de werkomgeving minder vervuild? Wordt er minder inbreuk gemaakt op het persoonlijke leven? Dat waren toch de redenen om e-mail uit te bannen? J'en doute, monsieur Breton.
Onze inbox lijdt aan obesitas, inderdaad. Er lijkt dan ook een hele beweging te ontstaan van e-mail asceten die hopen te ontsnappen aan de chaos van overlopende inboxen.  Maar de verwachting dat we, door andere tools in gebruik te nemen, onze individuele productiviteit zullen herwinnen, lijkt toch op los zand gebouwd. Er is tot nog toe geen enkele aanwijzing dat Social Media beter gestructureerd en daardoor efficiënter werken dan e-mail. Welke problemen zouden we oplossen door e-mail te verlaten en  ons massaal op social media te gaan storten? Natuurlijk, heel wat studies en voorspellingen geven aan dat e-mail terrein verliest ten voordele van twitter, facebook en dies meer. Maar de twitter terreur zal over enkele jaren (maanden?) niet leuker zijn dan de e-mail horror waar we nu van af willen. Waarschijnlijker lijkt me inderdaad dat e-mail programma's zullen overleven door zich aan te passen. Of zoals Eric Burger schrijft: E-mail zal veranderen en meegroeien met de sociale media. E-mailprogramma’s zelf zijn star en na vijftien jaar nog altijd wonderbaarlijk slecht afgestemd op de wensen en noden van gebruikers. De scheiding in verzonden en ontvangen berichten, het volgen van een correspondentie, het archiveren, het is allemaal tamelijk beroerd geregeld.
Mijn simpele conclusie (nogmaals) : we blijven worstelen met de overload aan data, informatie en halve waarheden die ons dagelijks overspoelen. Een verandering van toepassing (van e-mail naar hootsuite of tweetdeck bijvoorbeeld) zal daar weinig aan veranderen. We kunnen niet 24/7 sociaal zijn, af en toe moeten we ook het bordje NIET STOREN durven ophangen en de dingen op een rijtje zetten.

zondag 13 februari 2011

Social Media en de overheid: gevaarlijke tijdsverspilling volgens Di Maio

Andrea di Maio van Gartner zit niet gauw verlegen om een stevige mening, zie mijn eerder berichtje over zijn aanval op het Citadel Statement. Wat dacht je van deze : Social Media is a nuisance for government after all?
Natuurlijk, geeft Di Maio toe, zijn er talloze voorbeelden van het goede gebruik van social media door overheidsorganisaties. Maar die verzinken in het niets bij de mogelijke nadelen van social media en de slechte pers die ze (kunnen) krijgen. En dat om verschillende redenen:
  • Slecht nieuws doet het altijd beter dan goed nieuws, zeker als het over overheid en IT gaat.
  • Klagers kruipen makkelijker in de pen dan tevreden burgers. Social Media vergroten het effect hiervan nog.
  • Wat goed is vanuit een burgerperspectief is dat niet altijd vanuit het standpunt van de overheidsorganisatie.
  • Veel overheidsorganisaties gebruiken social media-communicatie als opgewarmde kost van wat ze via de website meedelen.
  • Government 2.0, Open Government en Open Data -promotors gebruiken jargon dat beslissingsnemers niet aanspreekt en slagen er niet in de link met de praktijk te maken.

Behalve de laatste reden, gelden Di Maio's opmerkingen niet specifiek voor de overheid. Hetzelfde kan gezegd worden (en wordt ook wel gezegd) over de relatie tussen privé-organisaties en hun klanten - en de manier waarop Social Media daar stokken in de wielen kunnen steken.
Maar ook hier geldt: er bestaat geen slechtere manier om te communiceren dan niet communiceren. En naarmate het belang van Social Media als communicatiemiddel een toeneemt, kan geen enkele organisatie (overheid of privé) het zich permitteren deze nieuwe kanalen te negeren.
 
Met zijn uitval naar de moeizame vertaling van theorie naar praktijk in het hele Open Data verhaal, heeft Di Maio volgens mij wél een punt. Steden als Amsterdam en Rotterdam hebben mooie demo-projecten opgezet die het Open Data-idee moeten aanschouwelijk maken. Iemand een idee hoe we dit in Vlaanderen concreter zouden kunnen maken?
 
 

donderdag 10 februari 2011

Open data: het gaat hard in Nederland

Na Apps for Amsterdam (zie eerder berichtje) gaat nu ook Rotterdam "zijn" data opengooien, meldt Webwereld. Origineel is daarbij dat men deze data richting studenten gooit die er, onder begeleiding van experten, mee aan de slag kunnen.
Tweehonderd studenten van het Instituut Communicatie, Media en Informatietechnologie van de Hogeschool Rotterdam hebben de opdracht om aansprekende voorbeelden te realiseren om de innovatieve, maatschappelijke en economische potentie van Open Data voor Rotterdam zichtbaar te maken. Met deze voorbeelden wil de gemeente ook op andere terreinen het belang van open data verduidelijken.

Bridgie is de eerste Rotterdam Open Data applicatie, gerealiseerd door 1e jaars informatica studenten. Het is een applicatie voor het mobiele Android platform dat met open data gegevens van de Gemeente Rotterdam, afdeling Verkeer en Vervoer, de actuele status van een aantal bruggen in Rotterdam laat zien en de gebruiker op basis van historische informatie voorspelt hoe snel de brug open zal gaan.
In juni 2011 worden meer resultaten voorgesteld. Een leuk project: http://www.rotterdamopendata.org/

woensdag 9 februari 2011

Weg met de e-mail chaos, leve de social media-chaos!

Bericht van de dag: Atos Origin stopt binnen drie jaar tijd met e-mailen. Amai, denk je dan, maar als snel volgt een nuancering: het blijkt om intern mailverkeer te gaan. Dan nog, ze zijn daar met 50.000, dus dat kan ook wel tellen.
Ik keek wel op van de motivatie van algemeen directeur Thierry Breton: ‘Managers besteden wekelijks tussen de vijf en twintig uur aan het lezen en schrijven van e-mails, terwijl social media sterk in opkomst zijn.’ Het kan toch niet dat ze bij Atos Origin denken dat hun managers minder tijd zullen verliezen als alle content die nu per e-mail gaat nieuwe wegen zoekt en via facebook, yammer, twitter of wat-morgen-mag-opduiken van de ene medewerker naar de andere gaat?
Het probleem met e-mail is dat het een ongestructureerd zootje is. Wie zijn mail checkt weet wat hij/zij kan verwachten: een mix van lolbroekerij, zaken die dringend moeten opgevolgd worden, interessant nieuws, spam, klachten. Ik twijfel of twitter of facebook of... betere papieren kunnen voorleggen. Ook daar is het chaos troef.
De simpele waarheid is dat we als gebruikers die chaos koesteren. De meest succesvolle ICT-toepassingen van de laatste decennia, e-mail en sms, bewijzen dat. Als IT-ers houden we van structuur en vinden we het bijvoorbeeld veel properder als een bestand niet voor de zoveelste keer wordt meegestuurd als attachment maar via een link wordt gedeeld. Helaas, geen mens die op die manier werkt, ook wijzelf niet.
De toekomst is aan applicaties die de gebruiker sluw en sluiks van ongestructureerd naar gestructureerd leiden. Die de chaoot in onszelf verwennen en achter onze rug orde op zaken stellen. Die de gebruiker niet dwingen zich de logica van het systeem eigen te maken, maar die onder water wel zelf een ijzersterke logica hanteren. Maar dan hebben de social media tools die nu het mooie weer maken nog wel wat werk voor de boeg.
Benieuwd welk persbericht Atos Origin over drie jaar de wereld instuurt - en welke tools ze daarvoor inzetten...

Een overheidscloud is nog vrij ver weg, zegt Nederlandse minister...

... maar toch niet zo ver weg als een Belgische overheidscloud, want daarover hebben we hier te lande nog niets gehoord.
Er wordt in Nederland wel een strategie ontwikkeld (meldt Binnenlandsbestuur.nl) die de specifieke uitdagingen van cloudtechnologie in een overheidscontext moet gaan onderzoeken.
De in Nederland gedetecteerde uitdagingen zijn:
- de schaal: overheidsorganisaties zijn groot
- de legacy van tal van systemen die niet of moeilijk aan te sluiten zijn op een cloud
- de hoge eisen die de overheidscontext stelt, bijvoorbeeld ivm privacy

In de Belgische context kan je daar nog aan toevoegen: de interbestuurlijke complexiteit, met als risico dat je naast een Vlaamse en een Belgische wolk ook nog met provinciale wolkjes te maken krijgt. Waarbij lokale besturen dan maar moeten zien hoe ze alles met elkaar verbinden.
Zodat de lokale besturen, die in theorie uit deze nieuwe ontwikkelingen misschien het meest voordeel kunnen halen op het vlak van kostenbeheersing, flexibiliteit en innovatie, er het minst bij winnen. En deze cloud eerder een aswolk voor hen wordt...

dinsdag 8 februari 2011

Slim en/of sociaal? Pick your poison

Are Intellectuals Social?
Mijn intellectuele helden alvast niet: Ludwig Wittgenstein, Saul Kripke,... het zijn of waren eenzaten, met een gezonde dosis minachting voor de dwergen in hun omgeving. Zowel bij Wittgenstein als Kripke een grote terughoudendheid om teksten vrij te geven, gevoed door de overtuiging dat ze toch verkeerd begrepen zullen worden.
Maar goed, de mindere goden, wij dus, kunnen duidelijk niet zonder een omgeving die ons inspireert, ons ideeën aanrijkt en vervolgens luistert wat we met deze ideeën hebben aangevangen. Want informatie wordt pas kennis op het moment dat we er iets mee doen: structureren, van context voorzien, interpreteren,... En dat is natuurlijk het gevaar waar het artikel Are Intellectuals Social? op wijst: dat we onszelf twittergewijs dreigen te reduceren tot een doorgeefluik van informatie, in de veronderstelling dat iemand anders er wel iets mee zal aanvangen, maar zonder er zelf extra waarde aan toe te voegen.
Het ideaal van de "social intellectual", dat in het artikel naar voor wordt geschoven, klinkt mooi maar eerlijk gezegd ook een beetje klef: These social intellectuals actually respond to emails and inquires from their followers. They aren’t “puffed up in their own mind” rather their hearts are motivated to serve the audience and they appreciate the engagement.  These folks don’t care what their “klout score” is or their rank in the ecosystem of all things social rather they care about assisting the human network desire to progress, improve and innovate.
Allemaal waar, maar waar vinden we die brave zielen die tegelijkertijd intellectueel als sociaal zijn? Waarschijnlijk gaat het om een eb-en-vloed beweging, kennen we, als het goed is, periodes van intensieve communicatie en momenten van geconcentreerde creatie. Soms vereist het structureren en/of interpreteren een bordje NIET STOREN bij de deur. Of om een andere intellectuele held te noemen: Marcel Proust. Het ene moment roddelend in de Parijse salons, het andere moment eenzaam afgezonderd schrijvend in zijn appartement.

Zeg niet "de digitale bibliotheek", zeg "de bib van morgen"

Vanmorgen een interessante brainstorm meegemaakt bij Bibnet over de Digitale Bibliotheek (trouwens op basis van een leuke presentatie). Geen evident onderwerp blijkbaar, noch binnen de bibliotheeksector, noch bij de gebruikers. Sommige mensen, misschien vooral ouderen, worden afgeschrikt door het woord digitaal en dreigen af te haken. Anderen, waarschijnlijk vooral jongeren, worden afgeschrikt door het woord bibliotheek en hebben misschien al afgehaakt.

In de loop van de voormiddag kwamen een paar interessante vragen aan bod:
  • Moet een lokale bibliotheek een eigen afdeling audio-visuele materialen hebben? Moet elke bibliotheek aan collectievorming blijven doen? Of moet de lokale bibliotheek een goed aangelegde toegangspoort zijn naar de informatiesnelweg? Waarbij het aanbod meer meer bovenlokaal zal georganiseerd worden? Een trend die met de downloadbaarheid van muziek al duidelijk te zien is, maar die er ook zit aan te komen bij de gedrukte content: van boek naar e-book
  • Andere vraag: hoe zinvol is het idee van een bibliotheeklidmaatschap nog? Is het niet beter aan elke Vlaming gratis een basisdienstverlening aan te bieden ivm informatie - en cultuurvoorziening zonder dat die zichzelf eerst lid moet maken en waarbij je dienstverlening die verder en dieper gaat betalend kan maken?
Het gaat met andere woorden niet over digitaal of niet, maar over de kerntaken van de bib en hoe deze morgen en overmorgen gestalte moeten krijgen.

maandag 7 februari 2011

Meer doen met te weinig?

De Vlaamse overheid moet meer doen met minder, zei Minister Bourgeois zaterdag in De Morgen. Organisaties die hun processen willen rationaliseren en vereenvoudigen doen dat vandaag de dag vaak door slimme ICT-investeringen. Maar dat is in het geval van de Vlaamse Overheid blijkbaar toch niet echt de bedoeling. Het aandeel van de ondersteunende functies, zoals ICT of logisitiek wordt tegen 2014 herleid van 15% naar 10% van het totale personeelsbestand. Dat zijn zo'n 1.140 voltijdse jobs.

vrijdag 4 februari 2011

Er wordt niet bestuurd? Had je gedacht!

Het klinkt misschien wat goedkoop, maar op een saaie vrijdagmiddag vind ik dit toch schitterende humor:

De ministerraad heeft op voorstel van minister van Klimaat en Energie Paul Magnette een ontwerp van koninklijk besluit goedgekeurd dat het model vaststelt van de legitimatiekaart van de inspecteurs van de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG). Het ontwerp regelt de vorm, de afmetingen en de kleuren van de legitimatiekaart alsook de logo's en vermeldingen die er op moeten voorkomen.
Het ontwerp voert artikel 4, §1 van het koninklijk besluit van 13 december 2009 uit, dat bepaalt dat de inspecteurs van de CREG in het bezit moeten zijn van bewijsstukken ter rechtvaardiging van hun ambt bij het uitoefenen van hun onderzoeksopdrachten en het vaststellen van overtredingen, zoals bedoeld in de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen en door de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. (bron: http://bit.ly/feJZ7U, via @TinneVdS )

We hebben dan wel geen echte regering maar gelukkig toch enkele mensen die ondertussen de boel samenhouden...

woensdag 2 februari 2011

Open data: apps for Amsterdam

Apps for Amsterdam is een initiatief om zoveel mogelijk data van de Gemeente Amsterdam toegankelijk te maken voor iedereen. Dit doet de stad door developers en studenten op te roepen deze statistische informatie of Open Data te vertalen naar succesvolle applicaties voor bijvoorbeeld smartphones, web of Facebook.
De website van het initiatief bevat ook een goede omschrijving van wat open data wel en niet zijn. (Goed om te copy-pasten naar een slide en indien nodig in een vergadering te gooien vóór de Babylonische spraakverwarring kan om zich heen kan grijpen:)
Om open data op een eenduidige en uniforme wijze aan de eindgebruiker ter beschikking te kunnen stellen zijn op internationaal niveau de volgende principes geformuleerd:
1.Alle data waar geen restricties i.v.m. privacy, veiligheid of anderszins op rusten wordt ter beschikking gesteld;

2.Data wordt verzameld bij de bron, dus met de grootst mogelijke detaillering;

3.Data wordt zo snel mogelijk beschikbaar gesteld om de gebruikswaarde te behouden;

4.Data wordt beschikbaar gesteld voor een zo breed mogelijke groep mensen, en voor een zo breed mogelijk aantal toepassingen;

5.Data wordt beschikbaar gesteld in een formaat dat voldoende gestructureerd is om automatische verwerking mogelijk te maken;

6.Data wordt ter beschikking gesteld aan iedereen;

7.Data wordt ter beschikking gesteld volgens open standaarden waarover niemand de exclusieve controle heeft;

8.Data wordt ter beschikking gesteld vrij van restricties door copyright, patenten, merken etc.;

9.Er is een contactpersoon beschikbaar om vragen van mensen die data proberen te hergebruiken te beantwoorden.
Op 16 februari wordt de kick-off gegeven met onder meer Peter Corbett over de voordelen van Open Data. Corbett is CEO van iStrategyLabs en een van de initiators van Apps for Democracy in Washington DC.

Online influence en e-reputatie

Eén van de leuke dingen aan Twitter is dat het zo open is. Je kan makkelijk exporteren en via API's kan je zo ongeveer alles (van ongeveer iedereen) meten, tellen,... zie bijvoorbeeld http://simplymeasured.com/
De vraag is natuurlijk: wat betekenen die cijfertjes die je zo makkelijk binnenkrijgt. Een voorbeeldje van het in kaart brengen van mijn Twitter-followers dat ik daarnet binnen haalde:

Bestaat er een manier om die op een goede wijze te interpreteren? Een tijdje geleden had ik het over klout.com. Daarover bestaat nu een niet onaardige quora -question: http://www.quora.com/What-is-a-Klout-score, waarin Joe Fernandez, co-Founder en CEO at Klout, onder meer het volgende zegt:
At its essence the score is calculated by looking at what proportion of the content you create is acted upon and how influential the people are performing the actions. (...) This is a proprietary algorithm but we list all the ingredients of the calculation on our site.
Natuurlijk wordt Klout ook gecontesteerd en wordt er verwezen naar andere gelijkaardige meetinstrumenten, zoals Peerindex.net, maar dat heb ik nog niet aan de praat gekregen. Iemand wel?

dinsdag 1 februari 2011

Wat verwacht de CIO van 2011?

Na een ondervraging van 2.000 cio's wereldwijd (waarvan 641 in Europa), is onderzoeksbureau Gartner tot een top-5 gekomen van de technologische prioriteiten voor de cio in 2011: cloud computing, virtualisatie, mobiele technologie, it management en business intelligence (bi). Bron: Datanews